los

Ik laat je los
alsof ik mijn eigen oor
afsnij en daarmee niet langer hoor
hoe de vogels in het bos

Maar ze zullen weer zingen

Ik laat je los
alsof ik daarmee mijn eigen hand
die mij leidt door mijn dwaalland
niet langer klem

Maar eens reik ik weer uit

En jij, een Godenkind
zeilt zonder vrees
naar het eiland overzees
zonder mijn stormende wind

En in rust
vind ik ook
de kust

Waarop wij samen zullen stranden
dromend, ooit weer in elkaars handen.

Geen opmerkingen:

bestaan

ook mijn bestaan begon met bevallen en tot aan mijn laatste val zal ik wankelen op de grond is er nog niet in opstaan, verdergaan en ...