*of waarom ik dichter werd






de Nar en de Dichter *






NAR
Zie; of ik nu , jodel, dans of drentel
langs heinde en verre struin
of als ik achterover kukel
in Gods en allemans achtertuin-

als ik ontgoochel, steel of manipuleer
of ik mijn zotskap of mombakkes draag
zelfs als ik mij in grijze pakken wentel-
steeds treft mij hetzelfde weer;

dat welke scheve bek ik trek
de wereld zelf is de grootste gek.

DICHTER
Ach, zotkop, ziet u werkelijk niet
dat achter al die grijze façades
de bloemen smeken om de bijen
zie dat alle meisjes tranen tot cascades-

waaronder zij naakt en onbezonnen
zich van alle gruwel wassen
met al het reine nog in het verschiet
en hun hoop nog niet overwonnen;

zie hoe zij hun schoonheid strelen
hun naaktheid met de wereld delen
hun genot nog niet geronnen!

NAR
Och, uw lyrische naïviteit sluit uw ogen
u voedt zich met lage verlangens
hoort ook hoe u wordt bedrogen
door uw eigen dichtersoor!

DICHTER
Maar ik hoor de bijen zoemen
het zomert alom!

NAR
Wat u wilt, is de Liefde roemen
dat siert u, het moet gezegd
maar afgelegd tegen de Waanzin
is de Liefde doof en stom!

DICHTER
Wie heeft u die malle kijk gegeven
wie maakte van de Paljas
een Ziener in het Zwart?
Zeg mij Nar, wie heeft uit uw jonge leven
gestolen uw eens zo jolig hart?

NAR
De Vrouw, oh Dronken Dichter!
De vrouw in het algemeen!

DICHTER
Maar, noem mij één naam
van één freule, jong , onaangetast
dan zal ik als Liefdesstichter
zorgen dat haar uw mantel past.

NAR
Ach, Dichter, u treft geen blaam
u heeft makkelijk praten
met uw hart, nog niet van steen
maar de Nar, die laat Zij alleen!

DICHTER
U grieft over heel de aarde
toen één vrouw slechts u verliet
u ziet van het leven niet de waarde
waar het eens joelde, nu dit groots verdriet!
Wat zal uw humor weer ontsteken
wat zal uw gramschap doen verweken?

NAR
Breng mij bier, in gulle glazen
ik drink mij tot de dwaaste Dwazen!

DICHTER
Maar, Clown, komediant,
nu raast u langs mijn geweten;
hoe dronken ik ooit was
geen bier kan de Liefde vergeten
dus kom, gebruik uw melig verstand!

NAR
Vanwaar zo vroom en stichtelijk -
wellicht ben ik lichtelijk achterdochtig
 -maar giet u niet dichterlijk
alles wat brandt en vochtig
is,  gulzig en gretig achterover?

DICHTER
Waarna ik elke vrouw verover!
Mijn dronken tollen, het zweet
zelfs mijn kots, het is alsof ik tover
want ook na het grootse drinkgelag
zien vrouwen slechts trots
in mijn poëtische oogopslag!






(er volgt meer.....)

Geen opmerkingen:

bestaan

ook mijn bestaan begon met bevallen en tot aan mijn laatste val zal ik wankelen op de grond is er nog niet in opstaan, verdergaan en ...