Het zal om de nacht gaan
waarin jij zwenkt in de muffe lucht
vol vrouwen van rivierklei
Je zult op de tast kneden, slaan, verdraaien
tot het past op de sokkels die de dag gaf
van gesneden en gevolchten uren
Je zult er om en om gaan
er niet bij stil staan tot je verstaat
wat het ware waanbeeld zucht
Pas dan zal je slapen, onder het wol
van eigen schapen dromen
van wat jij hebt geschapen
Het zal in die wendbare nacht zijn
dat het ondenkbare en het onzegbare
uit mijn vulpen lekt
Dat jij samen met mij strepen trekt
in wolkeloze dagen
vol soep en bier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten